Toen ik dertig jaar geleden afstudeerde, was het niet gemakkelijk een baan te vinden. Dat dit in de achttiende eeuw niet anders was, bewijst het verhaal van Hoseas Slaterus (1730 – 1774). Hij wilde net als zijn vader dominee worden en ging na de middelbare school (Latijnse school in Lingen bij zijn oom Zeno Meiling) naar de Academie in Harderwijk. In het Album Studiosorum Academiae Gelro-Zutphanicae, . staat op pagina 102b aangetekend:
“1748 Sep. 16 Hoseas Slaterus, Goora – Transysilanus [= uit Goor – Overijssel] Th[eologiae]”
De studie theologie duurde drie jaar. Als afgestudeerde meldde hij zich bij het regionaal kerkbestuur van de Classis Deventer (waaronder zijn woonplaats Goor viel) aan voor het praeparatoir (=voorbereidend) examen om toegelaten te worden tot de predikdienst.
In het blad Boekzael der geleerde werelt van juni 1752 lezen we op bladzijde 725:
KERKNIEUWS DEVENTER.
Deventer. Op de laatst gehoudene Classis zijn DD. Hoseas Slaterus en Sylvester Diderich Meiling (=volle neef!), alhier praeparatoir geëxamineert, en tot Proponenten aangenomen.
Op de website Digitale bibliotheek der Nederlandse letteren (DBNL) is het eerste deel van de Boekzaal der Geleerde Wereld te lezen. Dit tijdschrift was in 1692 gesticht door Petrus Rabus, leraar te Rotterdam. Het was een voortzetting van De Boekzaal van Europa, het eerste Nederlandstalige geleerdentijdschrift, dat in 1692 was gesticht. Aanvankelijk bevatte de tweemaandelijks, later maandelijks verschijnende De Boekzaal der Geleerde Wereld vooral literatuuroverzichten. Vanaf 1716 was er tevens een rubriek voor academie-, school- en kerknieuws, met berichten over nieuwe en vertrekkende hoogleraren, vacante predikantsplaatsen, beroepingen, afscheidsdiensten enzovoorts, ingezonden door correspondenten van de classes. In 1864 is deze rol van De Boekzaal overgenomen door Stemmen voor Waarheid en Vrede.De destijds zeer populaire nieuwsrubriek is van blijvend belang als een kroniek van ruim twee eeuwen protestants kerkelijk leven en een belangrijke bron voor genealogisch onderzoek. Hopelijk worden alle jaargangen binnenkort gedigitaliseerd.
Op Google books zijn losse jaargangen te vinden. Zo vond ik de vermelding dat Hoseas in 1757 had gesolliciteerd in Staphorst. Van de twaalf propenten gingen er zes (waaronder “D[ominus] Hoseas Slaterus, Prop[onent] de Predikd[ienst] waarnemende te Amsteldam“) door naar de tweede ronde. Bij de derde viel Hoseas af. In hetzelfde jaar solliciteerde hij ook in Zwartsluis.
Elk half jaar verscheen er in de Boekzaal een lijst met ruim 300 propenten die nog een plaats als predikant zochten: naamlijst der propenenten. Keuze genoeg voor de kerkbesturen!
We komen Hoseas tegen van juni 1752 – januari 1756 als proponent in de Classis Deventer. Hij woonde toen in Diepenheim. In de periode juli 1756 tot en met januari 1758 stond hij vermeld te Amsterdam “…den Predikdienst waarnemende voor D.H. van Alphen.” Hij woonde volgens het lidmatenregister van de Hervormde Kerk van Amsterdam in de Oudebrugsteeg. Na vier jaar werkloosheid zal hij blij en opgelucht geweest zijn dat hij mocht invallen voor de zieke predikant dominee Hieronymus Van Alphen. Hij predikte o.a. in de Oude Kerk.
Toen Van Alphen echter stierf op 20 april 1758 was het afgelopen met diens vervanging. Op 3 mei hield Hoseas nog een herdenkingsdienst voor dominee Van Alphen.
Hoseas zat weer zonder werk totdat hij eindelijk tot (tweede) predikant werd beroepen in zijn geboortestad Goor op 27 februari 1759. In de Boekzaal van maart 1759 (pag. 39) staat:
KERKNIEUWS. DEVENTER.
Goor. Alhier is op den 27 van de vorige maand, door eenparige stemmen van de Heeren Borgmannen, Burgemeesteren en Leden des Kerkenraads, tot Herder en Leeraar van deze gemeente beroepen de Proponent, Hoseas Slaterus: welk beroep in de aanstaande Paasch-Classis, ter Approbatie staat ingelevert te worden.
Twee maanden later werd hij in zijn ambt bevestigd door zijn neef Sylvester Diederik Meiling, zoals vermeld werd in de Boekzaal van juni 1759 (pag. 808-809).
KERKNIEUWS. DEVENTER.
“Goor. Op den 24 May is onze Beroepene Predikant D[ominus] Hoseas Slaterus, alhier inden H[eiligen] Dienst bevestigd, door zijnen Neef D[ominus] S.D. Meiling, Zen. Fil[ius], Sam., Jac. Henr., Hos. & Joh. Fr[ater], Predikant te Oldenzaal. met de woorden Hos. I:12. “Zegget tot uwe broederen, Ammi: en tot uwe susteren Ruchama.” De Oplegginge der handen geschiedde door den Heer Bevestiger, en door D[ominus] J.H. Smits, mede Leeraar te Goor. De bevestigde heeft op den daar aan volgenden Sondag den 27. May zijne Intrede gedaan uyt Ps. CXXII:7,8,9. “Vrede zy in uwe vestingen, welvaren in uwe palleyzen, enz.”
Lees verder over Hoseas: Regels om te mogen trouwen.