We kennen het beroep van Hendericus Slaterus (1741-1777) dankzij de vele processen die tegen hem zijn gevoerd wegens het niet betalen van geleverde goederen. In het Historisch Centrum Overijssel vond ik in het Rechterlijk Archief van Goor (inv.nr. 52) diverse procestukken. Het gaat hier om “contentieuze rechtspraak“, d.w.z. om het oplossen van twistgedingen waarin twee partijen met tegengestelde beweringen tegenover elkaar staan.
Als voorbeeld noem ik hier drie processen:
- Gestart op 22 oktober 1770: Proces van Wolter Elikman uit Deventer tegen “coopman Hendrik Slaterus” tot betaling van een “schuld van 25 guldens, 9 stuivers en 8 penningen wegen in 1764, 1765 en 1766 gelevert koper, blik en ijser werk“. (Processtuk nr. 186).
- Gestart op 30 spetember 1776: Proces van koopman Henrik Budde te Deventer tegen “de Gemeensman Henricus Slaterus” tot betaling van een restant van 185 Guldens 4 stuijvers en 8 Penningen op de schuld wegens “in den Jaere 1773 … een quantiteit Winkelwaeren op crediet gekogt en ontfangen hebbende” (Processtuk nr. 206).
- Gestart op 18 maart 1776: Proces van “coopman Hendricus Gerhardus Jalink te Deventer” tegen “Hendrikus Slaterus alhier” “wegens koopmans goederen en winkel waerenis schuldig geworden eene Somma van ses hondert agt gls. ses strs. en twee penn: ƒ 608 – 6 – 2″. Jalink laat beslag leggen op Slaterus’ “huis en hof, daaragter gelegen, waar in de bepandede woont, staande en gelegen naast het huis de Zwaane regt tegenover de kerk”. (Processtukken nr. 208).
De (oudere) broers van Hendericus hadden beide gestudeerd: Hoseas werd predikant na zijn studie theologie en Johannes Jacobus advocaat na zijn studie rechten. We zullen nooit weten waarom Hendericus geen academische studie heeft gekozen. Misschien ontbraken de middelen, omdat zijn vader jong was overleden. Hiertegen spreekt dat de familie niet onbemiddeld was en dat hij een oom had, die rector was van de Latijnse school in Culemborg en een andere oom die professor was in Lingen. Ik neem aan dat, als hij dat graag gewild had, er mogelijkheden genoeg waren om te gaan studeren. Hij kon niet of wilde niet. Misschien was hij al langere tijd verliefd op de dochter van burgemeester Wolter Knape, Sara. Hij trouwde haar in mei 1761 op zeer jonge leeftijd (19 jaar!).
Samen met Sara begon hij een winkel in allerlei huishoudelijke artikelen. Erg succesvol waren ze niet. De schulden stapelden zich op. We moeten hierbij echter niet vergeten dat de economische toestand zich aan het eind van de 18e eeuw snel verslechterde Daarbij kwamen gezondheidsproblemen. Sara overleed in 1775 op 36-jarige leeftijd en Hendericus stierf twee jaar later. Hij is maar 35 jaar geworden en liet 5 jonge kinderen na. Zijn moeder, Christina Geertruid Meiling, werd voogd over de kinderen en weigerde in hun naam de erfenis, gezien de grote schuld: bijna ƒ 4100,=. Dat was acht keer het jaarsalaris van zijn vader als eerste predikant! Hierover later meer.
We weten dus uit deze processtukken welk beroep Hendericus uitoefende en waar hij woonde (tegenover de kerk in Goor). Ook werd hij “gemeensman” genoemd. Hij vervulde dus naast zijn winkel openbare bestuursfuncties.
Hendericus is meermalen gekozen geweest tot “gemeenslid” van Goor. Het plaatselijk bestuur van Goor werd gevormd door twee burgemeesters, gekozen door de Heer Drost van Twente, twee door de Heren Borgmannen en twee door de Burgers. Tevens koos de burgerij nog vier “gemeensluiden”. Volgens “Aantekeninge van de burgermeesteren en gemeensluiden van Goor … beginnende met Petri 1748” achterin een archiefstuk (Recht. Archief Goor, inv. nr. 16) werd Hendericus bij de Petri-keur van 1770 (= 22 februari) voor het eerst als gemeenslid gekozen. Ook over de jaren 1771 t/m 1774 wordt hij als zodanig vermeld. Bij de Petri-keur van 1775 staat vermeld: “H. Slaterus, welke bedankt heeft.”
In de periode 1770-1773 werd Hendericus ook vermeld als “plaatsvervangend of verwalter richter van Kedingen” (o.a. H.C.O., Recht. Archief Drostambt Twente, inv. nr. 33, processtukken nr. 36).
Pingback: Een bijzondere vondst « Ter Salus
Pingback: Hoe kwam Wolter aan zijn jeneverstokerij? | Ter Salus